Clafoutis

imageHet is weer kersentijd en terwijl ik zelden in een week twee keer hetzelfde eet, was het de afgelopen week raak. Bijna een week lang eindigde elke maaltijd met een kersenclafoutis en dat terwijl ik eigenlijk nooit zo van de toetjes ben. Alleen voor dit goddelijk taartje uit de Dordogne maak ik een uitzondering. Staat dan ook met stip in de top tien van favoriete desserts, mocht ik die al hebben. Het taartje dien je iets afgekoeld te eten maar ook weer niet te veel. Warm moet het in de mond voelen en denk niet ik bewaar nog wat voor morgen want koud en oud is het gewoon niet lekker, dan smaakt het te veel naar koude omelet. Gewoon opmaken dus dat taartje! Mocht het overigens geen kersen seizoen zijn, het kan ook met kersen op siroop maar vers is zeker lekkerder.

Benodigdheden 4 personen
-Ronde ovenschaal met lage rand, doorsnede 19cm
-400 gram kersen (zurig en zoet van smaak)
-Kirsch, Crème de Cassis of rode wijn (optioneel)
-3 eieren
-35 gram suiker
-35 gram bloem
-1,5dl melk
-Vanillesuiker (optioneel)

Bereiding
-Maak de kersen schoon, je kunt ze eventueel ontpitten en van de steeltje ontdoen maar zelf doe ik dat eigenlijk bij voorkeur niet omdat de pitten de warmte vasthouden en ik de steeltjes er altijd zo leuk bovenuit vind pieken. Tevens zijn de steeltjes een waarschuwing voor de al te gretige eter dat er pitjes in de kersen zitten. Dat scheelt weer een tandartsbezoek.
-Leg de kersen in de vorm, zodanig dat de steeltjes omhoog steken, vul de vorm goed maar niet te strak.
-Besprenkel de kersen met 1,5 eetlepel kirsch
-Klop in een kom de eieren met de suiker schuimig, klop daarna de bloem en daarna de melk er doorheen totdat er een glad beslag is.
-Giet het beslag in de taartvorm bij de kersen.
-Laat de taart, terwijl u alvast aan de maaltijd begint, 45 minuten in een oven van 190 graden lichtbruin bakken.
-Laat de taart daarna een 10 minuten afkoelen en bestrooi het taartje heel dun met wat (vanille)suiker.

Plaats een reactie